Wat ik zelf maak

Ik bedrijf het fantastische in woord en beeld maar ben op het moment niet heel actief met beeld bezig. Op deze pagina tref je enkele beelden aan uit de periode 2020-2022. De materialen en technieken die ik gebruik zijn: fotografie, was- en oliepastelkrijt, collages van fotofragmenten, stempeltechnieken, toonscheiding en de overvloeimodi die beschikbaar zijn in Photoshop CS3. De ruimtelijke elementen zijn overwegend uit de stad, de personages ben ik meestal zelf.

Mijn schrijvend leven beslaat ruim twintig jaar. Uit het eerste driekwart daarvan rolden drie romanmanuscripten die in de lade zijn beland. Niet dat ik geen ambities had. Twee ervan heb ik door ScriptPlus laten beoordelen. Uit het leesrapport (2017) van Eliminatie voor de gevorderde drummer: ‘De stijl is bijzonder goed, zonder ook maar een enkele beginnersfout. Veel eerste romans staan vol bijvoeglijke naamwoorden: hier worden die enkel gebruikt als ze functioneel zijn. Het boek leest als het werk van een al goed getrainde schrijfster, die qua stijl niets meer hoeft te leren. Het is een mooie combinatie van functioneel en helder als het om de omgeving gaat en lyrisch als we in het hoofd van de hoofdpersoon zitten. Bovendien is er een sterk gevoel voor plaats en tijd. Het verhaal is visueel, filmisch, en ook de andere zintuigen staan op volle kracht aan. Je hoort, ruikt en proeft alles.’

Kort nadat ik online de verbinding opzocht met lezers en schrijvers van het speculatieve genre, heb ik mijn bakens verzet naar het kortverhaal. Ik zag namelijk dat het niet zo eenvoudig is om jezelf met een roman te lanceren. In de periode 2017-2020 heeft dat ongeveer vijfentwintig speculatieve kortverhalen opgeleverd die ik steeds op mijn website heb gepubliceerd. De meeste waren onderdeel van de groeiende mozaïekroman Cernach Park, waarin ik ons beeld van de werkelijkheid onderzocht en vooral de invloed daarop van taal. Dat thema is overigens nog steeds een van de rode lijnen in mijn schrijfdenken.

Daarna bleek de gestage, slopende werking van hormoonveranderingen te sterk te zijn geworden. Een groot deel van mijn verbeeldingskracht is er simpelweg niet meer. Gelukkig kreeg ik nieuwe inzichten waarmee ik door een andere bril naar speculatieve verhalen ben gaan kijken. Die inzichten waren niet alleen de eerste aanzet tot artikelen maar stelden me ook in staat om op een andere, rationelere manier naar mijn eigen schrijven te kijken. Inzichten waar ik intens dankbaar voor ben.

Om structuur te houden in een verbeelding die regelmatig slechts in klonterige stoten door een rondzwiepende tuinslang wenst te komen, richt ik me sinds eind 2022 op het schrijven van kortverhalen voor wedstrijden, tijdschriften en anthologieën die thema’s hanteren. De deadlines bieden structuur en de thema’s geven houvast. Hieronder vind je in omgekeerd chronologische volgorde een korte toelichting op mijn ingezonden en/of gepubliceerde kortverhalen tot dusver.

 

‘Ketterij en revolutie. Een herwaardering van de Aldebaraanse bodem’ (2024)
Nadenkend over het thema ‘Echte intelligentie’ voor Wonderwaan 54 speelde ik wat met de definitie van ‘intelligentie’ zoals die in de achtste druk van de Winkler Prins wordt gegeven. Dat leidde onder andere tot de zin: ‘Intelligentie is het vermogen van Tluip de Aldebaraan om correct, efficiënt en adaptief zijn bietjes te verbouwen’. Meteen kreeg ik een visioen van kolonisten op een planeet die aan de horizon een honderden meters groot buitenaards wezen druk doende zien met onbevattelijke agrarische activiteiten. Het was het begin van een maandenlang nadenken over een mogelijk verhaal rond die Tluip. Daarbij was van de meet af aan duidelijk voor me dat het geen gewoon verhaal ging worden maar demifictie: een door mijzelf bedachte vertelwijze waarbij de nadruk ligt op het model van de fantastische verhaalwereld en de personages enkel als ‘flarden’ aanwezig zijn. Het negende hoofdstukje van het verhaal, met zijn knipoog naar de stelling van Gödel, is een typische invulling van deze denkwijze. Zo hoort het natuurlijk niet. Ik had veel plezier in het uitdenken en schrijven van het geheel, al is de strekking rond intelligentie en instinct serieus. Tot mijn grote vreugde werd het verhaal geselecteerd door de redactie. Wonderwaan 54 kan als pocket aangeschaft worden via Amazon of hier als PDF gratis gedownload worden.

In het voorjaar van 2024 heb ik een verhaal ingestuurd voor de Waterloper 2024. De uitslag wordt eind 2024 bekend gemaakt.

‘Onvoltooid toekomend’ (2023)
De macht van het instinct is een terugkerend thema in mijn schrijfdenken. Een van de wedstrijdthema’s van de Waterloper 2023 was ‘Het wormgat’. Kijkend naar de twee uiteinden van een wormgat dacht ik meteen aan het contrast tussen, enerzijds, het stilstaande en conventionele en, anderzijds, het moderne en (rol)patroondoorbrekende. Wat gebeurt er als die twee uiteinden via een tijdtunnel met elkaar in contact komen? In ‘Onvoltooid toekomend’ heb ik deze metafoor toegepast op het onderwerp ouderschap. Het verhaal gaat over een automobilist die op de snelweg iets vreemds ziet en op onderzoek uitgaat. Een en ander blijkt te maken te hebben met een gebeurtenis uit zijn verleden. Omdat ik inmiddels wist dat onderliggende lagen in speculatieve verhalen zelden worden gezocht of herkend, heb ik een aantal zaken vrij expliciet uitgelegd. Het mocht niet baten. Het verhaal werd gediskwalificeerd omdat het wedstrijdthema er naar mening van de jury onvoldoende in was verwerkt.

‘Man van Rook’ (2022)
In de nazomer van 2022 speelde er een actualiteit die me furieus maakte. Daar wilde ik een verhaal over schrijven. Het zou mijn eerste verhaalpoging in lange tijd worden zodat ik de deadline van de Harland Award goed kon gebruiken als stok achter de deur. Deze wedstrijd kent geen thema’s, wat ook goed uitkwam. Ik benaderde de actualiteit associatief en etymologisch en kwam uit op ogham-inscripties op stenen die tot leven komen en passanten aanvallen. De schuld komt bij een minderheid te liggen en het hoofdpersonage, afkomstig daaruit, wordt min of meer letterlijk onzichtbaar gemaakt. Om meer dynamiek aan het verhaal te geven besloot ik het in acht hoofdstukjes te schrijven waarin het heden en flashbacks elkaar steeds afwisselen en de lezer tussen alle actie door rustmomenten krijgt om de hele context te gaan aanvoelen. De acht voorselecteurs konden daar niet mee uit de voeten, zo bleek in maart 2023 uit hun commentaren: ‘Onbegrijpelijk, chaotisch verhaal’, ‘draaft in het wilde weg verder’, ‘volstrekt onbegrijpelijk, dit is echt niet goed’. Het verhaal eindigde op de allerlaatste, 146e plaats.

 

 

Laatst bijgewerkt, behoudens tekstuele correcties: 17 september 2024